De voornaamste reden om naar de Limburgse hellingbossen af te reizen voor een korte vakantie, was de bijzondere en bijzonder rijke flora. De bosanemonen lieten de kopjes al hangen, maar de daslook stond op zijn fierst overeind, als een golvend witte zee. Gecombineerd met fris beukenloof en een fris ochtendzonnetje perfecte omstandigheden voor een fraaie fototocht. Niet alleen weten de ogen niet wat ze zien, de neus weet ook niet wat ie ruikt. Hoewel daslook uit de uien-familie komt, doet de geur vooral denken aan je adem de ochtend na een avondje gamba’s in knoflookolie. Gek genoeg wen je wel aan de geur, tot je een dag later dezelfde broek weer aantrekt en je afvraagt wie er buitenlands getafeld heeft. In vroeger tijden geloofde men dat knoflook vampiers op afstand houdt. Ik heb er in het bos geen gezien, dus denk dat het werkt. Nu ik er over nadenk…niet alleen vampiers bleven op afstand.